Indien een verdeelsysteem niet door het uitvoeren van temperatuurtesten wordt geverifieerd, maar door berekeningen, geeft het voorschrift aanwijzingen voor de interne kabeldoorsnede.
In schakel- en verdeelsystemen voeren ingebouwde (schakel) componenten, alsmede interne bedrading en eventueel aanwezige railsystemen, stroom. Hierdoor ontstaat dissipatie I2R: warmte ontwikkeling die leidt tot temperatuurstijgingen.
Een goed thermisch ontwerp houdt in dat wordt voldaan aan de basiseis, namelijk dat de temperaturen bij normale bedrijfsomstandigheden niet hoger worden dan maximaal volgens de norm toegestaan.
Indien de ingebouwde componenten zijn bedraad met PVC-geïsoleerd installatiedraad, mag de maximale temperatuur van deze draad niet worden overschreden. Vaak wordt er binnen verdeelsystemen met 90 oC PVC-draad gewerkt (dit in tegenstelling tot elektrische installaties, waarin doorgaans 70 oC PVC-isolatie...
Onderstaand volgen tabellen met opties voor installatiewijzen F Montagedraad bij 70 oC en 90 oC.
Onderstaand volgen tabellen met opties voor installatiewijzen B1 Montagedraad bij 70 oC en 90 oC.
Onderstaand volgen tabellen met opties voor installatiewijzen G Montagedraad bij 70 oC en 90 oC .
‘Ruimte kost geld’, dat is een veel gehoorde uitspraak. Componenten worden compacter en worden in kleinere kasten ingebouwd.
Ten aanzien van de ingebouwde componenten wordt gesteld dat de temperatuurstijging niet hoger mag zijn dan wat door de fabrikant is opgegeven. Indien de fabrikant geen waarde opgeeft, dient de maximale waarde uit het productvoorschrift gehanteerd te worden.
Fabrikanten geven voor hun componenten aan welke kortsluitstromen ze kunnen verwerken. Bij een verdeelinrichting zijn een tweetal waarden aangegeven.
- Vorige pagina
- You're on page 1
- 2